Up


Allereerst dient u de grootte van het vaantje vast te stellen. Het vaantje moet minimaal de helft van de grootte van het gebruikte spinnerblad zijn. Als u aluminium gebruikt moet u dit eerst op maat knippen met een metaalschaar. Daarna moet het goed afgebraamd worden, omdat de scherpe randen de lijn, vis en uzelf kunnen beschadigen. Het is dan ook beter om kunstof vaantjes te gebruiken. Ze zijn gemakkelijk te knippen en worden nooit scherp. Het kunstof bestaat uit twee lagen die door een folie aan elkaar gehouden worden, waardoor het onbreekbaar wordt. Dit materiaal wordt verkocht onder de naam Vikonyl.

Als vorm van het vaantje neem je het best een halve cirkel, omdat deze gemakkelijker vuil zal afvoeren dan een rechthoek. Heeft u het vaantje uitgeknipt dan moeten er gaatjes in geboord worden. Bij kunststof gaat dit ook met een warme naald of een verhit stukje staaldraad. Denk hierbij aan de juiste grootte van het gat met betrekking tot de juiste dikte van het gebruikte staaldraad. Is het vaantje voorzien van twee gaatjes, die op ongeveer 2 mm uit de kant en 2 mm vanaf de onderzijde (rechte zijde) gemaakt moeten worden, dan kunt u aan het asje beginnen.

Neem het stuk draad in een rondbektang, op ongeveer 1 tot 1,5 cm vanaf het uiteinde. Neem het draad dan zodanig in uw linkerhand dat het lange deel door de hand loopt. U draait de tang van u af en terwijl u de staaldraad stevig ingeklemd houdt, buigt u het staaldraad rond tot de tang stuit. U gebruikt nu uw linkerduim als tegengewicht en zet even extra kracht om een inkeping te krijgen in de halve ronding. Vervolgens draait u het staaldraad 180 graden om de as en doet hetzelfde nog een keer.

U verkrijgt op deze manier (na een paar keer oefenen) een mooi rond oog.

Hierna klemt men het staaldraad ter hoogte van de insnoeringen in de zijkant van een bankschroef, en wel zodanig dat het korte uiteinde naar boven wijst. U kunt nu met behulp van een combinatietang het korte uiteinde om het lange einde (de as van het antikinkvaantje) wikkelen.

Soms kan het nodig zijn dat de wikkeling met de combinatietang moet worden afgewerkt. Zet dan de tang op de wikkelingen en maak, terwijl u stevig knijpt, een draaibeweging in dezelfde richting als de wikkeling. Eventueel kunt u het kleine uitstekende puntje nog afvijlen. De wikkeling is goed als er minstens twee wikkelingen naast elkaar liggen.

Om de wikkeling helemaal af te maken schuif je een stukje krimpkous om de wikkeling. Even de aansteker eronder en de kous krimpt keurig om de wikkeling. Let wel op het krimpend vermogen van de kous met betrekking tot de gebruikte draaddikte. U heeft nu een oogje aan het asje voor het antikinkvaantje gemaakt.

Dan neemt u op 5-7 mm van het oog het asje in de platbektang, en wel zodanig dat het oog plat ligt ten opzichte van de bekken van de tang. U maakt nu een knikje in het staaldraad ter dikte van het gebruikte materiaal (van het vaantje).



U doet dit door het draad 90 graden te buigen en door dit te herhalen na een verschuiving van de tang in de richting van het uiteinde van het asje, ter dikte van het vaantje.




Hierna voert u het asje door een van de gaatjes van het vaantje, totdat het vaantje over het knikje valt.




U brengt de as tegen het vaantje aan en pakt de draad in het midden van het andere gaatje in de tang, en buigt ook hier een knik van 90 graden. Uiteraard in de richting van het vaantje.





Vervolgens voert u het asje door het gaatje, en maakt opnieuw een knik. Dat het draad hierdoor buigt, is niet te voorkomen en zelfs goed, omdat daardoor het vaantje mooi onder spanning tussen de twee knikjes vast komt te zitten en niet kan gaan zwabberen.






Dan neemt u het oog van het antikinkvaantje tussen duim en wijsvinger en houdt het vaantje op ongeveer een halve centimeter hieronder vast. U bepaalt op het oog het midden van het stuk van het antikinkvaantje dat overblijft en neemt die plaats in de rondbektang.

U buigt nu op dezelfde wijze als eerder omschreven een oog aan deze as. Let hierbij op dat het oog in een lijn staat met het oog aan de bovenzijde. Dit om ervoor te zorgen dat de spinstang en de spinner goed achter het antikinkvaantje staat.

U heeft nu een lang uitstekend stuk staaldraad. U neemt de platbektang en pakt het uiteinde over een lengte van 3 a 4 mm in de tang en buigt het geheel ineens om. Het onstane haakje pakt u wederom in de combinatietang en buigt het naar as van het antikinkvaantje toe. De speldsluiting is nu klaar.




Wanneer u het buigen juist heb uitgevoerd, dan bestaat er een redelijke veerwerking die de speldsluiting dichttrekt. Is dit niet het geval, dan moet u de insnoeringen bij het laatst gebogen oog iets aanzetten.

En klaar is het antikinkvaantje. Gebruik bij voorkeur roestvast staaldraad van 0.7 mm dik. Als u nog wat onervaren bent is het handig om het staaldraad wat langer af te knippen, daar u anders in de problemen kunt komen tijdens het maken van de speldsluiting.



Bron: Snoek van klein tot groot en Poask Hengelsport